Max Commando: verschil tussen versies

Uit GeoGebra Manual
Ga naar: navigatie, zoeken
(geen verschil)

Versie van 21 apr 2015 16:02

Accessories dictionary.png
Deze pagina is een deel van de officiële handleiding en kan niet aangepast worden. Graag fouten melden per e-mailKies een versie die kan aangepast worden door gebruikers
Max[ <Lijst> ]
Geeft het grootste getal van de lijst.
Voorbeeld: Max[{-2, 12, -23, 17, 15}] geeft 17.
Nota: Wanneer de lijst bestaat uit andere objecten dan vergelijkt het commando de getallen die bij deze objecten horen. Met bijvoorbeeld een lijst van lijnstukken zal het commando Max[ <Lijst> ] het lijnstuk geven met de grootste lengte.
Max[ <Interval> ]
Geeft de bovengrens van het interval.
Voorbeeld: Max[2 < x < 3] geeft 3.
Nota: Open en gesloten intervallen worden op dezelfde manier behandeld.
Max[ <Getal>, <Getal> ]
Geeft het maximum van beide getallen.
Voorbeeld: Max[12, 15] geeft 15.
Max[ <Functie>, <Start x-Waarde>, <Eind x-Waarde> ]
Berekent het maximum van een functie over het gegeven interval. De function moet continu zijn en slechts één maximum hebben in het interval.
Voorbeeld: Max[ x^3 + 2x^2 - 1, -2, 0] creëert het punt (-1.33, 0.19).
Nota: Zie ook de commando's Extrema Commando, Min Commando en de knop Functie onderzoeker Macro.

CAS venster

Max[ <Lijst> ]
Geeft het grootste getal van de lijst.
Voorbeeld: Max[{-2, 12, -23, 17, 15}] geeft 17.
{{note| 1=Zie ook de commando's Extrema Commando en Min Commando
Max[ <Getal>, <Getal> ]
Geeft het maximum van beide getallen.
Voorbeeld: Max[12, 15] geeft 15.
© 2024 International GeoGebra Institute